MILK-light

Milk_light

MILK of MILK-light?

De MILK-light is een selectie van de criteria van onze MILK: een wetenschappelijk onderbouwd instrument om de kwaliteit van leermateriaal mee te beoordelen. De MILK bevat zo’n 200 criteria en een scoremogelijkheid, dit in tegenstelling tot de MILK-light met minder criteria en zonder scoremogelijkheid.

Neem contact op als je meer interesse hebt in de ‘volledige’ MILK.

Met de lijst criteria van de MILK-light kun je een beeld krijgen van de kwaliteit van een leermiddel. De lijst is een selectie van de criteria van onze MILK: een wetenschappelijk onderbouwd instrument om de kwaliteit van leermateriaal mee te beoordelen. Voorafgaand aan het gebruik van de MILK-light is de moeite waard om je te verdiepen in aspecten die effectief voor het leerproces en de daarbij passende criteria. Het CLU biedt hiervoor workshops aan waarbij de deelnemers direct aan de slag gaan met het reflecteren op en het ontwikkelen of aanpassen van (bestaande) leermiddelen.

Hoe is de MILK-light opgebouwd?

Bij het beoordelen van leermateriaal kun je drie aspecten onderscheiden: leerstof, didactiek en presentatie. Leren zonder leerstof is onmogelijk: het is als kijken zonder beeld of horen zonder geluid. Maar leerstof is op zichzelf nog ruw materiaal: het moet didactisch vorm krijgen. En tenslotte moet het geheel nog in een aantrekkelijke en functionele vorm worden gegoten, met teksten, beeld en geluid. Pas als aan al die eisen is voldaan, voldoet het leermateriaal maximaal aan de kwaliteitscriteria.

Kwaliteit van de leerstof

De leerstof in het leermiddel dient zodanig geselecteerd te zijn dat een leerling zich kan identificeren met de onderwerpen en dat de nieuwsgierigheid geprikkeld wordt. Leerlijnen geven houvast bij het ordenen van de leerstof. Vervolgens kan de leerstof op allerlei manieren ‘verpakt’ worden, dat noem je modaliteiten. Daarbij is het van belang dat de juiste ontwerpprincipes zijn gehanteerd, zodat er geen onnodige belasting van het werkgeheugen plaatsvindt.

  1. De leerstof sluit aan bij eerder behandelde leerstof.
  2. De leerstof prikkelt de nieuwsgierigheid van de leerlingen.
  3. De leerstof representeert de leefwereld van de leerling.
  4. De leerstof is relevant voor het bereiken van de (geformuleerde) leerdoelen.
  5. De leerstof wordt binnen een leerjaar geregeld herhaald.
  1. De opbouw van de leerstof weerspiegelt de opbouw van de leerlijnen.
  2. De leerstof kent een duidelijke samenhang.
  3. De leerstof kent een sterke ordeningsstructuur (driehoek of spinnenweb).
  1. Geschreven teksten zijn ondersteund door beelden.
  2. Bij het presenteren van de leerstof wordt een beroep gedaan op verschillende zintuigen.
  3. Alle gebruikte beelden zijn functioneel (overbodige beelden zijn vermeden).
  4. Geschreven tekst en bijbehorend beeld staan zo dicht mogelijk bij elkaar.
  5. Er is gebruik gemaakt van zowel concrete/natuurgetrouwe als abstracte/grafische representaties.
Kwaliteit van de didactiek

Wie niet actief aan de slag gaat, kan niet effectief leren. Didactische werkvormen zoals instructies en vragen en opdrachten die leerlingen doelgericht aanzetten tot leeractiviteiten. Didactische werkvormen zijn bedoeld om specifiek beoogde leerdoelen te bereiken. Wanneer didactische maatregelen systematisch worden toegepast, spreek je van een didactische strategie, bijvoorbeeld voorkennis activeren of feedback geven. Als leerlingen in het leermiddel gerichte hulp krijgen bij het oriënteren, plannen, monitoren en evalueren, gaan hun metacognitieve vaardigheden vooruit.

  1. Een nieuw hoofdstuk/thema start met een opdracht om bestaande voorkennis op te halen.
  2. Aan het begin van de les zijn de leerdoelen aangegeven.
  3. Oefeningen worden herhaald aangeboden.
  4. Oefeningen worden gevarieerd aangeboden.
  5. Er zijn mogelijkheden om de opgedane kennis te testen.
  6. De leerling kan zelf de volgorde van de leertaken/opdrachten kiezen.
  7. Het programma past op basis van input waar nodig de instructie aan.
  8. In het progamma wordt in de feedback aangegeven waarom de antwoorden goed of fout zijn.
  9. Er is afwisseling in stap-voor-stap-aanpakken en experimenteeraanpakken (j/m).
  1. De opdrachten sluiten aan bij de leerdoelen.
  2. Bij de opbouw van de opdrachten is het hoogst mogelijke cognitieve niveau (van b.v. Bloom) nagestreefd.
  3. Er is een duidelijke relatie tussen de opdrachten en de leertekst.
  4. Er is expliciet rekening gehouden met verschillende leervoorkeuren.
  1. De leerling wordt aangezet tot nadenken over de leerdoelen.
  2. Het is de leerling duidelijk welke beoordelingscriteria gebruikt worden.
  3. Er zijn tools om de leerling tijdens het leerproces te ondersteunen.
  4. De leerling kan naar eigen behoefte zijn/haar eigen opdrachten kiezen.
  5. De leerstof is uitdagend, rekening houdend met het cognitief ontwikkelingsniveau.
Kwaliteit van design en presentatie

Wanneer de leerstof is vastgelegd en didactisch is doordacht, moet het geheel nog de juiste vorm krijgen, met een verantwoorde en aantrekkelijke presentatie. Drie aspecten staan daarbij voorop: de teksten moeten begrijpelijk zijn, de beelden moeten het begrip ondersteunen en de lay-out moet in dienst staan van het leerproces.

  1. Woordbetekenissen worden expliciet uitgelegd.
  2. Onbekende woorden moeten actief worden verwerkt door de leerling.
  3. De zinsstructuur is begrijpelijk.
  4. Er is in de leerteksten gebruik gemaakt van verbindingswoorden.
  5. Hoofdideeën uit voorgaande zinnen worden herhaald.
  6. Relaties tussen tekstonderdelen zijn expliciet gemaakt.
  1. Er is functioneel gebruik gemaakt van representerende illustraties.
  2. Er is functioneel gebruik gemaakt van organiserende illustraties.
  3. Er is functioneel gebruik gemaakt van interpreterende illustraties.
  4. Decoratieve illustraties trekken alleen de aandacht voor nieuwe leerstof.
  5. De illustraties zijn voorzien van functionele bijschriften.
  1. De vormgeving is rustig en overzichtelijk.
  2. Er is contrast tussen de tekstkleur en de achtergrondkleur.
  3. Het gebruik van kleuren, symbolen en icoontjes is functioneel.
  4. De bladspiegel geeft een overzichtelijke indruk.
  5. Markeringen zijn functioneel.
  6. Kopjes en margewoorden structureren de tekst.

Onderbouwd met onderzoek

De indeling van de MILK is tot stand gekomen na een analyse van meer dan 40 bestaande instrumenten in binnen- en buitenland. Daarna hebben validaties plaatsgevonden van de items aan resultaten van onderzoek en aan wetenschappelijke inzichten. Er vinden voortdurend aanpassingen plaats op grond van nieuwe resultaten en inzichten. Zo ontstaat een betrouwbaar geheel aan eisen waaraan een leerzaam leermiddel moet voldoen.

De inhoudelijke onderbouwing van de MILK vind je in het artikel Wat bepaalt de kwaliteit van digitaal leermateriaal? (4W Weten Wat Werkt, 2012)

Meer informatie over de kwaliteit van leermiddelen:

Neem contact op als je meer interesse hebt in de ‘volledige’ MILK of bekijk het ondersteuningsaanbod van het CLU.

Aan de slag met de MILK-light?

Wil je aan de slag met kwaliteitscriteria bij het ontwikkelen van leermaterialen? Of wil je feedback op reeds bestaand leermateriaal? Of wil je op basis van heldere criteria een nieuw leermiddel kiezen? Neem een kijkje bij het ondersteuningsaanbod van het CLU of neem direct contact op het met de medewerkers van het CLU!

De MILK-light downloaden voor eigen gebruik
Copyright MILK-light

De MILK-light is bedoeld en gemaakt voor het onderwijs en we hebben er daarom bewust voor gekozen om hem publiek te delen. De MILK-light mag dus gebruikt worden, onder naamsvermelding van het CLU, voor niet-commerciële doelen. Maar het is een afgewogen instrument en we willen dus niet dat hij aangepast wordt of selectief gebruikt zonder onze toestemming, volgens de Creative Commons Attribution-NonCommercial-NoDerivatives 4.0 International License.