Rekenmethodes bieden onvoldoende leermogelijkheden, concludeert Marc van Zanten in een recent proefschrift. Bovendien bieden ze vooral uitdaging aan de betere leerlingen. Zo dragen ze bij aan niveau-fixatie, in plaats van aan groei.
Onlangs promoveerde Marc van Zanten (leerplanontwikkelaar rekenen/wiskunde bij de SLO) op een proefschrift over de mate waarin en de wijze waarop rekenmethodes voor het basisonderwijs leerlingen voldoende ‘opportunities to learn’ bieden. Hij komt tot enkele belangrijke conclusies.
Bijvoorbeeld dat rekenmethodes daarin behoorlijk van elkaar verschillen. Hij doelt dan niet alleen op verschillen in inhoud en aanpak maar ook op didactische keuzes die gemaakt worden, de zogenaamde ‘learning facilitators’.
Vroeg voorsorteren
Daarnaast komt hij tot de conclusie dat de rekenmethodes leerlingen veel te vroeg voorsorteren. Dat gebeurt doordat de methodes van meet af aan werken met verschillende niveau-opdrachten. In plaats van te werken aan het bieden van uitdaging aan alle leerlingen beperken veel methodes zich daarbij tot de betere leerlingen. Van Zanten heeft het daarbij over een self-fulfilling prophecy.
De studie van Van Zanten voedt de discussie over niveau-differentiatie. Een groot gevaar daarvan is dat in plaats van niveau-verhoging er fixatie daarvan optreedt. Het is een hardnekkig misverstand dat niveau zoiets is als een vaststaand kenmerk van leerlingen waaraan je alleen nog maar de moeilijkheidsgraad van de opdrachten hoeft aan te passen. En zo werken de rekenmethodes de kansenongelijkheid verder in de hand, onder de misleidende term ‘adaptiviteit’.
Controleproblemen
Van Zanten geeft toe dat het belangrijk is dat vervolgonderzoek zich vooral richt op de manier waarop leerkrachten de methodes gebruiken. Want het is belangrijk dat leerkrachten bepaalde omissies in de methodes kunnen compenseren. Voor dat laatste is het wel noodzakelijk dat de leraar zich bewust is van tekortkomingen in een methode. En het is de vraag of leraren hiervoor voldoende zijn toegerust, aldus Van Zanten. De onderzoeken van Van Zanten laten volgens hem zien dat methodeanalyse een zekere gedetailleerdheid verreist: “Een oppervlakkige controle van een methode volstaat niet. Om een valide oordeel te kunnen vellen over de kwaliteit van een methode is grondig onderzoek nodig. Scholen en leraren zouden geholpen worden als zulk onderzoek vaker zou worden uitgevoerd”.
Waarvan akte.
Genoemde bronnen
Marc van Zanten (2020). Opportunities to learn offered by primary school mathematics textbooks in the Netherlands. Proefschrift. Universiteit Utrecht.
Zie ook: Rekenmethode differentieert te snel, Didactief november 2020, p.34